Adoptie

adoption Iconspeaker_3
[noun]
[de a-dop-tie, de a-dop-ties]Adoption_6

Only since 1956 adopted children have the same legal status as
biological children. Before 1970 it was not common to adopt children
from foreign countries. These days most adopted children come from the
so-called ‘ontwikkelingslanden’ (developing countries).

Examples:
– “Door de ramp op Haïti komt een aantal adoptiekinderen sneller dan verwacht naar Nederland.” 
(“Because of the disaster in Haiti, a number of adopted children are coming to the Netherlands quicker than expected.”)

– “Is hij geadopteerd? Ja, zijn biologische ouders zijn Chinees.” 
(“Has he been adopted? Yes, his biological parents are Chinese.”)

– “Zij heeft altijd een heel goede
band met haar adoptieouders gehad en heeft, toen zij zelf kinderen
kreeg, ook haar biologische ouders gezocht.” 

(“She
has always had a very good relationship with her adoptive parents and
when she got children of her own, she has also searched for her
biological parents.”)

– “De adoptie van een kind duurt vaak een aantal jaren.” 
(“The adoption of a child often takes several years.”)

– “Hij heeft één geadopteerd zusje uit Sri Lanka en één geadopteerd broertje uit Kenia.” 
(“He has one adopted little sister from Sri Lanka and one adopted little brother from Kenya.”)

– “Voordat zij werd geadopteerd, heeft ze een paar maanden in een weeshuis in Polen gewoond.” 
(“Before she was adopted, she had lived in an orphanage in Poland for a couple of months.”)

Related words:
– Adoptiekind: adopted child, adoptee [noun] [het kind, de kinderen].
– Adoptieouder: adoptive parent [noun] [de ouder, de ouders].
– Weeshuis: orphanage [noun] [het huis, de huizen].
– Adopteren: to adopt [verb] [adopteerde, geadopteerd].
– Biologische ouder: biological parent [noun] [de ouder, de ouders].