1. worried, troubled, concerned
[adjective]
[be-zorgd]
"Bezorgd" translates to "worried". Related noun is "zorg": care or worry. Literally you could say that "bezorgd" translates to something like beworried… Synonymous to "bezorgd" is "ongerust" (lit.: unrelaxed).
"To worry" translates to "bezorgd zijn" (lit.: to be worried) or "zich zorgen maken" (lit.: to make worries (to oneself)). Related noun is "bezorgdheid": concern.
Examples:
– "Waarom kijk je zo bezorgd?"
("Why do you look so worried?")
– "Heb ik een gevoelige snaar geraakt?" – "Nee, ik ben gewoon bezorgd om onze klanten."
("Have I touched a nerve?" – "No, I’m just concerned about our clients.")
– "Je hoeft niet bezorgd te zijn, ik regel het wel."
("You need not be worried, I’ll take care of it.")
– "Frank is altijd bezorgd om zijn reputatie…ik kan dat niet waarderen…"
("Franks is always worried about his reputation…I can’t appreciate that…")
Expressions:
– "Geen zorgen": no worries.
– "Geen zorgen voor de dag van morgen": (rhyme) don’t worry about tomorrow.
Related words:
– Zorg: care, worry [noun] [de zorg, de zorgen].
– Fronsen: to frown [verb] [fronsen, fronste, h. gefronst].
Example:
– "Van fronsen krijg je rimpels."
("Frowning causes wrinkles." Lit.: "From frowning you get wrinkles.")
– Ongerust: worried [adjective].
2. delivered, given, provided with
[verb]
[be-zor-gen, be-zorg-de, h. be-zorgd]
"Bezorgd" can also be the past participle of the verb "bezorgen". Since "bezorgen" has already been the Dutch Word Of The Day, we’ll suffice with a selection of examples given in this post.
Examples:
– "Er is voor jou een pakje bezorgd. Je kunt het komen ophalen tussen 9 en 10 uur."
("A package was delivered for you. You can (come and) collect it between 9 and 10 AM.")
– "De postbode bezorgt elke dag van de week behalve zondag."
("The mail man delivers each day of the week apart from Sundays.")
– "Haar vriend werkt bij een bank en hij heeft mij daar onlangs een baan bezorgd."
("Her boyfriend works at a bank and he recently got me a job there.")
– "Hij haalt nooit zijn deadlines en dat heeft hem een slechte reputatie bezorgd."
("He never meets his deadlines and that has earned him a bad reputation.")